In het eerste verhaal van dit album denkt oom Dagobert met een slimme truc een hoop geld te verdienen. Hij gooit alle kwartjes van het jaar 1954 in zee, behalve een. Dat ene kwartje wordt dan een hoop geld waard, omdat het zo zeldzaam is. Maar als dat kwartje wegraakt, zit er niets anders op dan de rest van de kwartjes weer op te vissen! Oom Dagobert vertrekt met Donald en de neefjes naar de Stille Oceaan om naar de muntjes te duiken. Op de bodem van de oceaan raken ze echter in de meest vreemde avonturen verzeild…
Hoewel Dagobert Duck al voor de eeuwwisseling geboren moet zijn, is hij voor het eerst gesignaleerd in een stripverhaal dat in 1947 in een Amerikaans blad verscheen. Het verhaal was geschreven en getekend door Carl Barks, een striptekenaar die van 1942 tot 1966 vele schitterende verhalen van de Duckfamilie maakte. Dagobert Duck is van Schotse afkomst en heeft zijn immense rijkdommen vergaard in de goldrush in het barre noorden van Alaska. Sinds die tijd bewaakt hij nauwlettend zijn geld dat hij in gigantische pakhuizen heeft opgeslagen. Hij is er steeds op uit om zijn rijkdom te vergroten, maar veel meer dan het geld tellen of erin duiken of zwemmen doet hij er niet mee. Oom Dagobert blijft met al zijn centen arm en eenzaam… De vrekkige oom van Donald Duck liet zich in 1952 voor het eerste in Nederland zien, in een van de eerste nummers van het weekblad Donald Duck.